Mijn Register: interview met Meredith Deekman
Meredith Deekman staat sinds 2017 ingeschreven in het register Sociaal Juridisch Dienstverleners. In dit interview vertelt ze over haar werk als sociaal raadsvrouw, het effect dat de coronacrisis heeft op haar cliënten en de meerwaarde van registratie.
Je werkt als sociaal raadsvrouw in Amsterdam-West. Hoe ben je in dit vak terecht gekomen?
“Ik heb Management, Economie & Recht gestudeerd en heb negen jaar als jurist gewerkt voor het UWV. Ik werkte daar op de afdeling Bezwaar & Beroep. Ik beoordeelde bezwaarschriften die cliënten indienden, waaronder het beëindigen van een WIA-uitkeringen. Die cliënten moesten dus een bijstandsuitkering gaan aanvragen. Ik had wel eens met boze cliënten te maken. Na mijn werk was ik wel eens bang om naar de parkeergarage te lopen. Ik wilde echt een switch in mijn carrière. Ik wilde werk waar ik meer kon betekenen voor mensen. Toen zag ik een vacature voor sociaal raadsvrouw die me erg aansprak. Ik ben eerst als vrijwilliger aan de slag gegaan. Ik werkte toen nog bij het UWV en in mijn vrije tijd was ik assistent van de sociaal raadsvrouw. Eerst kreeg ik vooral de taken die te maken hadden met het UWV. Ik heb daarna de opleiding gevolgd. Het bleek de beste beslissing. Ik vind mijn werk leuk en zinvol. Cliënten zijn je zó dankbaar dat zij bloemen of zelfgebakken koekjes brengen. Als dank voor je inzet.”
De laatste jaren komt de zwakke juridische positie van veel Nederlanders vaker in het nieuws, bijvoorbeeld bij de Toeslagenaffaire of de strenge controles op de bijstand. Wat merk je daarvan in je werk?
“Hoe triest ook, maar de Toeslagenaffaire biedt meer ruimte om nog harder op te treden naar instanties zoals de Gemeente. Gisteren had ik nog een cliënt op wie op haar is de kostendelersnorm van toepassing. Hierdoor moet zij een aantal toeslagen terug betalen waaronder Zorgtoeslag en Kindgebondenbudget. Ook de Kinderopvangtoeslag moet zij terug betalen. Wat niet terecht is, omdat zij een jaaropgaaf heeft van de betaalde bedragen aan het kinderdagverblijf. Deze heeft zij naar de belastingdienst verzonden. Daar heeft zij zelfs foto’s van gemaakt. Dan bellen we samen naar de Belastingdienst en vragen we: ‘Heeft u die stukken ontvangen?’. ‘Ja, maar daar gaan we niets over zeggen. U kunt bezwaar maken’. Daarmee is het gesprek dan ook klaar. Het probleem is dat er weinig ruimte is voor maatwerk terwijl elke zaak juist uniek is. Dit is voor mij de reden om te vragen of er op grond van bijzondere omstandigheden een beoordeling kan plaats vinden.”
Welke gevolgen had corona voor je werk?
“Wij zijn open gebleven, ook bij de volledige lockdown. Alles moest wel op afspraak. De drempel wordt dan veel hoger. Als ik in het buurthuis werk, dan zit ik naast een school. Dan zie je dat ouders, nadat ze de kinderen van school hebben gehaald, even naar binnen lopen met een lastige brief van de gemeente of de Belastingdienst. Veel van de cliënten waar we mee werken hebben geen toegang tot internet, ze hebben geen printer thuis staan. Dat deden ze allemaal in het buurthuis, maar dat is maanden dicht gebleven. Voor deze groep zijn de klappen van corona veel harder dan van de meeste mensen. Tijdens de lockdowns merkte ik dat we er niet alleen zijn voor die juridische bijstand maar dat veel mensen echt zo verlangden naar een luisterend oor.”
Waarom koos je voor het register Sociaal Juridisch Dienstverleners?
“Eén van mijn collega’s is echt een oude rot in het vak. Zij raadde het me aan. Mijn collega heeft me de meerwaarde uitgelegd en ze zei: ‘Je bent toch al bezig met je vak en scholing. Dan kan je dat net zo goed meteen opvoeren in je dossier.’ Wij zijn als SJD’ers sowieso altijd bezig om onszelf bij te scholen. Dat moeten we ook. De wet- en regelgeving verandert elk jaar weer. Registratie is voor mij het een goede manier om bij te blijven in mijn beroepskennis en op deze manier kan ik dat ook aan anderen tonen. Ik werk voor Veilig Thuis van de Blijf Groep en die vinden het belangrijk dat al hun hulpverleners gecertificeerd zijn. Als ik niet bij Registerplein geregistreerd stond, had ik niet voor hen kunnen werken.”
Hoe werkt registratie in de praktijk?
“Binnen de registratieperiode moet je een bepaald aantal punten behalen. Dat is soms wel een opgave. De caseload van mij en mijn collega’s is hoog en dan moet je ook tijd vrij maken voor scholing. Het zou mooi zijn als we ook punten konden opvoeren voor casuïstiek of de uren die we maken tijdens het inloopspreekuur of bij het begeleiden van vrijwilligers.” (Een aantal van deze zaken kan wel opgevoerd worden in het dossier. Casuïstiek kan opgevoerd worden bij ‘reflectie’ en bijvoorbeeld het begeleiden van vrijwilligers valt onder ‘overige deskundigheidsbevordering’. In het document ‘Overige deskundigheidsbevordering & reflectie’ staat een overzicht van de zaken die opgevoerd mogen worden. – red.)
Heb je een voorbeeld van een scholing waar je echt iets aan had?
“Jazeker! Ik heb onlangs de training ‘Sturen op zelfsturing’ gevolgd. Dat ging over het omgaan met cliënten die niet gemotiveerd zijn. Door bepaalde gesprekstechnieken in te zetten lukt het je toch om mensen te motiveren. Zo kan je hun zelfredzaamheid vergroten en ze motiveren om zelf een deel van hun zaken aan te pakken. Dat past zo goed bij mijn vak. Mensen willen vaak alles uit handen geven, ze zeggen dan: ‘Hier, doe jij het maar’. Ik maak de cliënt dan duidelijk: ‘We gaan het samen doen, zodat je de volgende keer meer zelf kan doen”.
Meer weten?
Lees hier over het register Sociaal Juridisch Dienstverleners. Dit interview is een onderdeel van de serie Mijn Register.
Tekst: Peter de Koning